In de winter is het soms oppassen geblazen als het door sneeuw en ijs glad is op de wegen. Tussen 1 november en 1 april bestrijdt Avri de gladheid op zo'n 840 kilometer wegdek in de gemeenten Buren, Neder-Betuwe, de voormalige gemeente Neerijnen en Tiel. Zo kunt u zo veilig mogelijk de weg op. Bekijk ook ons filmpje over gladheidbestrijding.

Iedere gemeente bepaalt zelf welke wegen en fietspaden gestrooid moeten worden. U kunt de strooiroutes hier bekijken. 

• U kunt vervolgens inzoomen op gemeente-, plaats- of straatniveau.
• De kaart biedt ook een routeplanner die een gestrooide, en dus veiligere, route uitstippelt.
• De primaire strooiroutes (rood op de kaart) zijn de belangrijkste wegen die bij iedere strooiactie worden gestrooid.
• De secundaire strooiroutes (groen op de kaart) zijn de wegen die bij aanhoudende gladheid na de primaire strooiroutes worden gestrooid.
• De provinciale wegen (geel op de kaart) worden niet door Avri gestrooid, maar door de provincie Gelderland.
• De vrijliggende fietspaden (blauw op de kaart) worden bij iedere strooiactie gestrooid.
• Avri strooit niet op voetpaden en particulier terrein.

Voor het strooiseizoen begint, worden de strooiwagens en -routes getest. Tijdens de testritten controleren de chauffeurs of de wegen en fietspaden goed te bereiken zijn voor het strooimaterieel. Als een wagen bijvoorbeeld op een bepaalde plek niet goed kan komen, zoekt Avri in overleg met de gemeente naar een oplossing. Zo wordt de kans verkleind dat de strooiploegen tijdens een strooiactie voor verrassingen komen te staan.

Avri verzorgt de gladheidbestrijding met 3 strooiploegen. Bij elkaar vormen zij een team van zo'n 60 medewerkers. Hierbij werkt Avri samen met enkele bedrijven uit de regio. Tijdens het strooiseizoen, tussen 1 november en 1 april, hebben de strooiploegen om beurten een week dienst. Iedere strooiploeg wordt aangestuurd door een gladheidcoördinator.

Avri heeft eigen meetpunten in Zoelen en Opheusden. Dit zijn de koudste plekken in het strooigebied. Aan de hand van de temperatuur die daar wordt gemeten en in overleg met een meteoroloog van MeteoGroup, bepaalt de gladheidcoördinator of de strooiploeg moet uitrukken. Als er gestrooid moet worden, roept de gladheidcoördinator de strooiploeg op. Vanuit de strooilocaties in Geldermalsen, Kesteren en Tiel gaan zij vervolgens met de strooiwagens de weg op.

Avri vindt het belangrijk dat het strooien zo weinig mogelijk schade toebrengt aan het milieu. Een deel van de voertuigen rijdt op groengas (CNG). Dit wordt opgewekt uit gft-afval. Ook is gekozen voor strooien volgens de natzoutmethoude. Hierbij wordt het strooizout gemengd met pekelwater. Dit zorgt niet alleen voor een betere werking, er is hierbij ook minder zout nodig waardoor het milieu minder wordt belast.

In het seizoen 2017 - 2018 heeft Avri een proef gedaan met biologisch zout. Dit zout wordt niet uit de aarde gewonnen, maar is een restproduct van de productie van biobrandstof. In het seizoen 2018 - 2019 strooien we 15% van ons gebied met biologisch zout.